
Onderdeel van de eerste sanering was het inpakken van het terrein in damwanden. Daarin zijn de stalen damwanden aan de Hollandsche IJssel- en Slikslootzijde de zwakste schakels gebleken in de isolatie. Ze zijn zowel grondkerend (het binnenhouden van de grond en vervuiling in het opgehoogde terrein) als waterkerend (het buitenhouden van het oppervlaktewater enet binnenhouden van het vervuilde grondwater).
Zoals al geschreven wordt op pagina 7 van het Raamsaneringsplan is een damwand “nooit helemaal waterdicht (lekkage over de damwandsloten)”. Punt van discussie is al jaren of er ook niet juist via de ankerpunten gelekt is. Verklaringen van burgers hierover lopen volgens ons onderzoek synchroon met periodes waarin het maximumpeil binnen de wanden werd overschreden. Foto’s van de damwanden laten ook zien dat er lekkage op die punten is geweest.
Vrij snel na het afsluiten van het terrein is het waterpeil extreem opgelopen en is begin jaren negentig een grote grondverplaatsing geweest en ook heeft de damwand – met name aan de Slikslootzijde – een flink duw gekregen. De omvang hiervan is nu ruim dertig jaar later nog immer een punt van discussie.
De inzet bij de herontwikkeling was om de bestaande damwanden dusdanig te versterken dat ze geschikt zouden worden voor het werken aan de waterkant. Het terrein moest immers bedrijven in de maritieme maakindustrie aan gaan trekken. Tijdens het aanbestedingsproces geven al drie van de vijf geïnteresseerde aannemers aan dat dit niet haalbaar zal zijn. Dura Vermeer meent dit wel te kunnen en nog heel goedkoop ook. Snel na het binnenhalen van de opdracht, wordt namelijk al uitgesproken dat Dura Vermeer op dit onderdeel “te goedkoop heeft ingeschreven” en er dus meerkosten zijn te verwachten.
Dan begint het jarenlange touwtrekken over normen, het “net wel net niet” voldoen, het reviewen van reviews, het verifiëren van verificatieonderzoeken enz. De uitkomst is in elk geval een heel andere wijze van versterken met verstrekkende gevolgen voor de sanering en de uitgeefbaarheid van grond doordat een strook van circa 40 meter uit de waterkanten niet meer uitgegeven kan worden.

Eén van de belangrijkste discussiepunten werd de afgelopen jaren gevormd door (twijfels over) de damwanden. Eigenlijk begrijpen we het echt niet waarom er zo halsstarrig vastgehouden is aan het versterken van de huidige damwanden. Eindeloos is er onderzocht, getrokken, geduwd, geschraapt en vooral normen aangepast. Deltares wordt gevraagd om hèt eindoordeel te geven, maar dat blijkt nog niet zo makkelijk. We hebben eerder professor Rob Nijsse (emeritus hoogleraar Constructieleer TU Delft) geconsulteerd over de damwanden en de berekeningen die door Deltares beoordeeld zijn. Hij schrijft:
- Damwanden staan notoir bekend om hun “lek-zijn” als gevolg van de aanlegmethode (heien van stalen platen langs een geleid sleuf in de damwanden zelf).
- Rekenen met constructies in de grond is zeer complex. Zelfs supercomputerprogramma’s zoals het vermelde Plaxis zijn, in vergelijking met de echte ondergrond, zeer eenvoudige benaderingen, zeker 3D.
- Men is bij de nieuwe damwandberekening uitgegaan van te gunstige aannames van grondeigenschappen, een slechte zaak.
- Schuingeplaatste verankeringen (de groutankers) leiden tot een groot verlies aan beschikbaar bouwterrein. Er zijn alternatieven voor maar dit zal leiden tot beduidend hogere bouwkosten.
Hieronder kun je de uit Woo-verzoeken verkegen correspondentie lezen waarin men ook intern een beeld heeft willen geven. Het is allemaal weinig geruststellend:
Deskundigen als professor Nijsse leggen de vinger op de zere plek: uiteindelijk zijn de programma’s gevoed met bepaalde cijfers. Als die niet kloppen (zoals eerder al het geval bleek) dan komen er ook resultaten die van weinig waarde zijn.
En er wordt verder gemorreld aan de cijfers en het is bovendien onduidelijk of Deltares wel voorzien is van de juiste of die niet heeft willen toepassen. Een “verificatie van de scheefstand” van de damwand heeft bijv. plaatsgevonden door een omgevingsmanager van Dura Vermeer met een duimstok op een wankel bootje zoals ook te zien is op foto’s in de review.
Op 29 oktober 2021 is er in het kader van de review een rapport van Fugro. De relevante delen uit het rapport van Fugro:
1. De damwandconstructie is in 1988 gerealiseerd.
2. Tussen 1990 en 1994 zijn metingen uitgevoerd door Haskoning waaruit bleek dat de damwandconstructie sterk vervormd was. De grootste vervorming bedroeg 216 mm ter plaatse van de Sliksloot.
3. In 1994 zijn opnieuw scheuren [in het asfalt, door verplaatsing damwand] ontstaan.
4. In 1996 hebben wederom herstelwerkzaamheden plaatsgevonden
5. Eind 1998 heeft wederom herstel plaatsgevonden
6. Het Kadaster heeft tussen 1996 en 1998 nieuwe metingen verricht waaruit
bleek dat de damwandconstructie verder vervormd was. De grootste
bijkomende vervorming bedroeg 190 mm ter plaatse van de Sliksloot.
Uiteindelijk bleek dat er pas na 2013 bijna geen vervormingen meer geweest zijn. Echter ook in de jaren 2000 zijn er nog meerdere reparaties van het asfalt nodig geweest, omdat de wand naar buiten had getrokken. De grootste vervormingen zijn dan opgeteld circa 50 cm. Op 31 oktober 2021 mailt de beleidsadviseur van IenW over deze bevinding onder meer:
“En dan natuurlijk ook nog de vraag hoe kan dat dit nu pas naar voren
komt. Die vraag zal binnenkort wel gesteld worden of door de omgeving of
door de bestuurders.”
Dat was dus op 31 oktober 2021 en die vraag is nooit beantwoord: Hoe kan dit? Maar ook: Hoe kan het dat dit verborgen wordt gehouden?
Als je het rekentechnisch hoe dan ook al “net wel of net niet” rond krijgt, kunnen natuurlijk de cijfers altijd nog aangepast worden. Op 23 november 2021 is er namelijk een “Voorstel tot aanpassing damwandberekeningen EMK-terrein” (Bijlage 3D). Daarin lezen we:
De belangrijkste aanbevelingen van Deltares om minder conservatief te rekenen zijn
Uitgaan van een maximale damwandvervorming in het verleden van ca 20 cm conform meting Kadaster
Rekenen met een waterspanningsonderdruk in het slappe lagen pakket De korrelspanning heeft namelijk in werkelijkheid geen tijd om zich aan te passen aan de situatie met laag water omdat deze situatie relatief kortdurend plaatsvind ten opzichte van de dikte en lage doorlatendheid van
de waterremmende bodemlagen
Deze vervorming is echter zeker niet – zoals gesteld – “conform meting Kadaster”. Die “circa 20 cm” verwijst waarschijnlijk naar de gemeten vervorming in de korte periode tussen 1996 en 1998. Eerder was de wand echter ook al aanzienlijk vervormd en die vervorming ging na 1998 door.
In een memo van 24 november 2021 wordt geschreven dat “als gevolg van nader onderzoek is vast komen te staan dat de damwand langs de Sliksloot vervangen dient te worden.” Uit een mailbericht van 25 november 2021:
De afgelopen maanden is er diepgaand nader onderzoek gedaan naar de robuustheid van de bestaande damwand langs de Sliksloot en HIJ voor de komende 50 jaren Uitkomst is dat de huidige damwand langs de Sliksloot theoretisch op een plek niet voldoet langs de Hollandse IJssel voldoet deze theoretisch wel aan de gevraagde levensduur van 50 jaar Naar aanleiding van de huidige inzichten adviseert ook het ingenieursbureau van Rotterdam een nieuwe damwand langs de Sliksloot het betreft een volledig uitgenut ontwerp met weinig extra reserve om eventuele aanpassingen mogelijk te maken of om eventuele onvoorziene omstandigheden op te vangen Een
nieuwe damwand maakt de zaak weer robuust voor de komende 50 jaren. Langzamerhand komen we in een stadium dat we aan de marges van een goed ontwerp aan het knabbelen zijn. De huidige damwand voldoet net wel of net niet Mijn advies is om het advies van het ingenieursbureau Rotterdam ([GELAKT]) op te volgen en niet op de rand net wel net niet van
ontwerpen te gaan zitten.
Voor zover wij na hebben kunnen gaan, is na 23 november 2021 toch besloten om te rekenen met een veel kleinere vervorming dan al weken eerder bij het ministerie bekend was. Wij stellen dus dat de cijfers waarop de review van Deltares gebaseerd is niet juist zijn en het gifterrein ondanks enorme investeringen ingepakt is in een damwand die zelfs niet aan de arbitraire norm CC2 voldoet. Niet “robuust”, zelfs niet “net wel of net niet”, maar gewoon niet. De omgeving wordt daarmee (zeker ook aan het eind van de verlengde levensduur) blootgesteld aan grotere risico’s dan waarmee nu gerekend wordt zeker omdat er geen ruimte is om onvoorziene omstandigheden op te vangen. En van “onvoorziene omstandigheden” hebben we er op dit terrein de afgelopen jaren al heel wat gehad. Al die onverwachte en onvoorziene zaken hebben al tot een vertraging van minimaal drie jaar geleid.
De maximale uitkomst na al dit gerommel? Een strook van minimaal 40 meter breed vanuit de damwand aan de Sliksloot en Hollandsche IJssel waarop helemaal niet gewerkt of gebouwd mag worden. Een strook die zelfs geen serieuze bovenbelasting meer mag hebben. Daarnaast zal er een intensief monitoringsprogramma opgetuigd worden, want echt heel erg vertrouwen doet niemand het blijkbaar. Allemaal om gammele en vervormde damwanden te kunnen behouden. Bedankt Dura Vermeer en Geofoxx-TTE! En gefeliciteerd gemeente Krimpen aan den IJssel met deze doortikkende tijdbom.
